Bij het bestrijden van de gevolgen van de damdoorbraak bij Cherson krijgt Oekraïne hulp van waterschap De Stichtse Rijnlanden en de Reddingsbrigade Utrecht. De 21 waterschappen in het land en de Reddingsbrigade werden door het ministerie van Buitenlandse Zaken gevraagd om hulp te sturen na een verzoek van de regering van Oekraïne.
Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, die onder andere actief is in Nieuwegein, gaf meteen gehoor aan het hulpverzoek en zamelde de afgelopen dagen een hoop materiaal in om naar het Oosten te sturen. Het gaat dan onder meer om waterpompen, laarzen, boten, motoren, vlotten en reddingsboeien.
De Reddingsbrigade stuurt 22 ‘vletten’. Volgens Ernst Brokmeier van de Reddingsbrigade gaat het om afgeschreven of reserve-boten die ideaal zijn voor de omstandigheden. “Het zijn kleine polyester vaartuigen waar zo’n 6 of 7 man in passen met een motortje erachter. En het grote voordeel is dat ze in ondiep water kunnen en redelijk licht zijn. Je kan ze met een paar mensen dus makkeijk van een trailer halen of over een dijkje tillen. En ze zijn redelijk overwoestbaar, dus een stuk prikkeldraad of baksteen zorgt er niet meteen voor dat ie buiten werking is.” De Reddingsbrigade Utrecht stuurt één zo’n boot. De verwachting is niet dat de boten terugkomen.
De spullen die het Utrechtse waterschap en reddingsbrigade sturen, zijn eerst naar een centrale defensielocatie in Vriezenveen gebracht. Van daaruit zal het op transport gaan richting Polen, waar het in ontvangst wordt genomen door de Oekraïense autoriteiten.
Grootste ramp na Tsjernobyl
De breuk bij de Kachovka-dam heeft voor gigantische overstromingen gezorgd in het zuidelijke deel van Oekraïne. Velen vinden het de grootste nationale milieuramp na Tsjernobyl in 1986. Rusland zou het bouwwerk bewust hebben opgeblazen. Dit wordt vanuit het land zelf ontkend.