'Wat groeit of leeft daar in Nieuwegein' - De Digitale Stad NieuwegeinDe Digitale Stad Nieuwegein

Vraagt u zich wel eens af wat dat nu weer voor een wilde plant of onkruid is, in de tuin of de berm of ergens tussen het gras in het park in Nieuwegein? Of wat dat voor een paddenstoel is? Of wat daar nu weer kruipt of vliegt, soms zelfs in huis?

De Nieuwegeinse natuurliefhebber Udo Tenge beschrijft iedere week een plantje, zwammetje of beestje dat u ergens kunt tegenkomen. Ook heeft hij een eigen website. ‘De kleintjes zie je over het hoofd” en dat geldt ook voor de allerkleinste bijtjes. In Nieuwegein vind je de kleinste bijenfamilies bij de groefbijen, de maskerbijtjes en het tronkenbijtje. Grofweg gesteld’ aldus Udo.

Udo: ‘De kleintjes zie je over het hoofd” en dat geldt ook voor de allerkleinste bijtjes. In Nieuwegein vind je de kleinste bijenfamilies bij de groefbijen, de maskerbijtjes en het tronkenbijtje. Grofweg gesteld. Die bijtjes worden gekenmerkt door hun geringe beharing (als je dat al kan zien bij een bijtje van bijvoorbeeld 4 mm lang en een donkerbruine of zwarte kleur).’

‘Als je zo’n bijtje op een bloem of blaadje ziet zitten denk je eerst dat het één van die honderden zo niet duizenden piepkleine vliegjes is, totdat je ziet dat het ukkie voorzien is van naar verhouding lange sprieten. Dan is het dus een bijtje, want vliegen hebben vrijwel allemaal korte, driedelige sprieten en dat ze driedelig zijn zie je er meestal niet van af. Die lange sprietjes zijn dus een echt bijenkenmerk. Verder bestaan er natuurlijk heel wat kenmerken om groefbijen, maskerbijtjes en het tronkenbijtje te herkennen.’

‘De tronkenbij heeft een leuke manier om stuifmeel in te zamelen: hun achterlijf heeft een borstelige onderkant en daarmee veegt zij over de stuifmeelkorrels van vooral composieten. Dat geborstel, de lengte van 6 mm of wat meer en de pikzwarte kleur zijn duidelijke tronkenbij-kenmerken. Zo herken je dit bijtje ook zonder er een foto van te maken.’

‘Maskerbijen zijn zwart met meestal hier en daar iets wits. Ze hebben meestal ook een wit “masker” op hun kleine gezichtje. Er zijn zo’n 30 soorten van, en de meest geziene zijn de tuinmaskerbij en de gewone maskerbij. Die lijken erg veel op elkaar, ook op de foto dus je moet wel erg fanatiek zijn om ook nog de soort te willen vaststellen.’

‘De kleinste groefbij is de parkbronsgroefbij. Een vroeg in het jaar geziene parkbronsgroefbij kan nog geen 4 mm klein zijn. Ze zijn donkerbruin en hebben een smaragdgroen borststuk dat er pas uitspringt op een macrofoto. Ondanks haar geringe grootte dus best te herkennen…’