Vraagt u zich wel eens af wat dat nu weer voor een wilde plant of onkruid is, in de tuin of de berm of ergens tussen het gras in het park in Nieuwegein? Of wat dat voor een paddenstoel is? Of wat daar nu weer kruipt of vliegt, soms zelfs in huis?
De Nieuwegeinse natuurliefhebber Udo Tenge beschrijft iedere week een plantje, zwammetje of beestje dat u ergens kunt tegenkomen. Ook heeft hij een eigen website. ‘De keer een loopkerver‘ aldus Udo.
Udo: ‘De loopkeverfamilie is in Nederland in grote aantallen aanwezig, onderverdeeld in 9 subfamilies waarin het aantal soorten varieert van 1 tot 222.’
‘De meeste loopkevers hebben van boven bezien een lang-ovale vorm, zijn nogal plat en de meeste worden gezien als ze buiten over een pad, terras of iets dergelijks rennen. Enkele soorten kunnen ook in of op een plant zitten en dan zijn ze wat gemakkelijker te zien omdat ze vaak onbeweeglijk op een blad zitten. Reikt u er naar, dan laten ze zich pardoes vallen, zoals de meeste kevers dat doen.’
‘Veel loopkevers zijn gewoon zwart, maar meerdere soorten hebben een mooie, metallieke glans. Dat heeft ook de Koperen kielspriet, die op een blaadje (in de zon zittend) een koperen of bronzen glans heeft. Overigens zijn erg veel loopkevers nauwelijks van elkaar te onderscheiden door kleine kenmerken aan poten, sprieten of bijvoorbeeld de vorm van hun borststuk en dat zie je niet als ze voor je over het pad rennen.’