Vraagt u zich wel eens af wat dat nu weer voor een wilde plant of onkruid is, in de tuin of de berm of ergens tussen het gras in het park in Nieuwegein? Of wat dat voor een paddenstoel is? Of wat daar nu weer kruipt of vliegt, soms zelfs in huis? De Nieuwegeinse natuurliefhebber Udo Tenge beschrijft iedere week een plantje, zwammetje of beestje dat u ergens kunt tegenkomen. Ook heeft hij een eigen website.
Udo: ‘Dat apen en mensen een levensvorm zijn die geen bronstijd kennen, wisten wij al. Maar dat er ook andere dieren zijn die een levenswijze hebben die de onze een beetje benadert, dat valt niet zo op. Kleine rode weekschildkevers bijvoorbeeld. Ze hebben een kort leven van een paar maanden. In die tijd moeten ze zien in leven te blijven en zich voort te planten. En daarom maken ze er wat van door altijd bij elkaar in de buurt te zijn, hoe meer hoe liever.’
‘De grote schermbloemen van de gewone berenklauw dienen voor veel insecten als een soort terrasjes. Daarop zijn in de zomer dikwijls rode weekschildkevertjes te zien. Soms maar een paar, vaker wat meer en tegen de veertig (!) kan ook. Die schermbloemen hebben heel wat stuifmeel en nectar, dus met meerdere kevertjes maken ze er een party van. Meteen maar een sex party, en zo sleept het leven van deze kevertjes zich voort tot ze worden opgegeten door allerlei spinnen en ander klein gespuis, of omdat ze gewoon op zijn.’