Vraagt u zich wel eens af wat dat nu weer voor een wilde plant of onkruid is, in de tuin of de berm of ergens tussen het gras in het park in Nieuwegein? Of wat dat voor een paddenstoel is? Of wat daar nu weer kruipt of vliegt, soms zelfs in huis?
De Nieuwegeinse natuurliefhebber Udo Tenge beschrijft iedere week een plantje, zwammetje of beestje dat u ergens kunt tegenkomen. Ook heeft hij een eigen website. Deze week vraagt Udo: ‘Er zijn dit jaar weer minder insecten in Nieuwegein dan in voorgaande jaren. Dat er half augustus weer een enorme kaalslag is gepleegd om Nieuwegein netjes te houden helpt ook niet om de aantallen beestjes in stand te houden, ook al is er hier en daar een plukje wilde begroeiing blijven staan. Niettemin duiken er elke jaar weer niet eerder door mij gevonden beestjes op, wat bewijst dat de variatie in soorten enorm groot is hoewel de aantallen drastisch zijn afgenomen. Enfin, deze keer een immigrant uit zuidelijke streken die je door de grootte moeilijk kan ontgaan: de zuidelijke heidelibel.’
Udo: ‘Libellen en waterjuffers zijn in ons waterrijke Nieuwegein overal te zien, zelfs in een stenentuin. Daarvan zijn de heidelibellen het meest waarneembaar. “Heidelibellen” zijn een groep van meerdere soorten waarvan een aantal moeilijk van elkaar te onderscheiden is. Dat is ook het geval met de zuidelijke heidelibel. Die kan heel veel weg hebben van de bruinrode libel ook al, omdat je ze niet zo gemakkelijk van dichtbij kunt bekijken. Tenzij je er een foto van kunt maken en die foto kunt vergelijken met foto’s van andere heidelibellen. Je merkt dan meteen dat deze zuidelijke immigrant heel wat “lookalikes” heeft, en dat het gezicht van libellen lijkt op een plastic maskertje.’