Verdwaald

Het heeft de afgelopen week gestormd in Nieuwegein. Ik heb de foto’s gezien van de schade aan de IJsvogel. Gek genoeg is die storm helemaal aan mij voorbij gegaan. Natuurlijk heb ik de weersberichten gezien en daarin werd gewaarschuwd voor harde wind, maar het is kennelijk niet echt tot me doorgedrongen. Inmiddels is het me niet ontgaan dat er sprake is van een serieuze weersomslag. Voor het eerst sinds maanden schrijf ik de column met de bureaulamp aan.De IJsvogel ligt dus in Nieuwegein. Behoorlijk wat mensen moeten dat ook weten, want als je daar woont, is het bestaan van de IJsvogel vanzelfsprekend. Voor mij ligt dat anders. Ik moet bekennen dat ruim zes jaar wonen in Nieuwegein niet betekent dat ik een goed beeld heb van de plattegrond van de stad. Een vriend van ons heeft pas geleden een huis gekocht in Nieuwegein en het heeft me drie kwartier gekost om bij hem voor de deur aan te komen.Nu zitten sommige straten in Nieuwegein vreemd in elkaar en dan druk ik me nog vriendelijk uit. In de jaren zeventig had men duidelijk andere opvattingen over de inrichting van de stad. Het maakt het allemaal niet simpel voor iemand die hier onbekend is. Met een beetje fantasie heb je het hier over een onderdeel van de integratie die onvermijdelijk weer deel uitmaakt van de verkiezingsstrijd. Ik moet dus bekennen dat ik niet al te best geïntegreerd ben in de Nieuwegeinse samenleving.Ik geloof niet dat het onwil is. Het heeft meer te maken met het dagelijkse leven en de inrichting van mijn sociale leven. Toch moet ik wel even durven stilstaan bij het gegeven. Het stadsbestuur geeft aan dat zij hechten aan inwoners die trots zijn op hun stad en een lokale politiek die haar burgers kent. Het zijn ideële en nobele doelen om na te streven.De vraag is natuurlijk wel of het hier gaat over doelen die ook daadwerkelijk te realiseren zijn. Ooit, bij de keuze voor Nieuwegein als stad om te leven, heeft een rol gespeeld dat Nieuwegein werd voorgesteld als een echte forensenstad. De verkeersstromen in de ochtend- en avondspits wijzen daar ook op. In de ochtenduren loopt Nieuwegein grotendeels leeg, hoewel haar industrieterreinen natuurlijk wel landelijke bekendheid hebben.Van een taxichauffeur mag je verlangen dat hij de omgeving kent. Dat is tegenwoordig met de komst van de TomTom een stuk eenvoudiger geworden. Een technisch hulpmiddel dat maakt dat je niet meer het stratenboek uit je hoofd hoeft te kennen. Mag en wil je ook van je burgers verlangen dat zij een voldoende scoren als het gaat over de geografische kennis van de stad? Heb ik, als burger, er iets aan om de stad beter te leren kennen?Simpel geredeneerd is het antwoord op de laatste vraag natuurlijk ja. Als ik meer weet over de stad waarin ik leef, kan ik meer en intensief beleven. Dus voor mijn eigen bestwil zou een betere kennis van mijn woonomgeving een positieve bijdrage leveren aan mijn inburgering.Het is en blijft dus een complexe materie. Hoewel ik onderschrijf dat inburgering en integratie een waardevolle bijdrage leveren aan mijn eigen ontwikkeling, moet ik ook bekennen dat ik slapeloze nachten zou hebben als ik afgerekend zou kunnen worden op de hiaten in die kennis.Afrodite

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!Reactie annuleren