Het college van burgemeester en wethouders heeft de notitie “Ligplaatsen-beleid Vaartse Rijn” vastgesteld. Deze notitie geeft aan welke schepen aan de kades langs de Vaartse Rijn kunnen afmeren. De notitie is in nauw overleg met de Stichting Museumwerf Vreeswijk opgesteld. Tijdens een informatieavond in april is ook een delegatie van de omwonenden geïnformeerd over de plannen. Met dit beleid wil de gemeente het verleden van de binnenvaart van Vreeswijk weer zichtbaar maken.Veel van de varende monumentale schepen in Nederland zijn tegelijkertijd woonruimte voor de schipper en zijn familie. Aan de Prins Hendriklaan kunnen deze bewoonde historische schepen afmeren. Zij gaan onderdeel uitmaken van de ´levende´collectie van de museumwerf. Om het afmeren van de historische schepen op deze plek mogelijk te maken is de bestemming langs de Prins Hendrik Kade gewijzigd van water in historische schepen. De procedures rondom deze wijziging en de inspraak zijn inmiddels afgerond.Langs de Dorpsstraat kunnen passanten met een historisch schip voor maximaal 3 x 24 uur een ligplaats innemen. Er is ruimte voor maximaal vijf schepen. Voor deze schepen is het niet noodzakelijk om aparte voorzieningen te creëeren. De overige kades in de Vaartse Rijn, de Oude Sluis en de Spuisluis blijven vaartuigvrij. Ook hier houdt de havenmeester toezicht op. Pleziervaartuigen kunnen, zoals ook nu het geval is, een ligplaats innemen in de passantenhaven en de verenigingshaven van de WSV Plettenburg, net ten noorden van de Vaartse Rijn.