Om stadswachten effectiever te kunnen laten optreden bij surveillances en controles, hebben college en raad in 2001 besloten acht stadswachten op te laten leiden tot Buitengewoon Opsporingsambtenaar (BOA). Zij krijgen daarmee de bevoegdheid om processen-verbaal op te maken in het kader van de Algemeen Plaatseliijke Verordening, de Wegenverkeerswet, de wet Milieubeheer en nog zeven andere wetten en verordeningen. De boetes kunnen betrekking hebben op onder meer wildplassen, illegaal venten, honden uitlaten op plaatsen waar dit verboden is, vuurwerk afsteken op momenten dat dit niet mag, illegaal afval storten, fout parkeren, e.d.

De toezichthoudende bevoegdheden hebben – in tegenstelling tot de verbaliserende – geen betrekking op specifieke wetten en verordeningen. Zes van hen hebben nu de opleiding voltooid. Het college heeft nu besloten deze zes medewerkers te benoemen tot BOA.

Negen andere stadswachten krijgen toezichthoudende bevoegdheden. Daarnaast dient bij de Brandweer een aantal medewerkers alsnog uitgerust te worden met toezichthoudende bevoegdheden. De toezichthoudende bevoegdheid geeft de mogelijkheid vergunningen op te vragen, administratie in te zien, inlichtingen te vorderen, et cetera. Het college heeft nu besloten negen stadswachten en de medewerkers van de brandweer aan te wijzen als toezichthoudend ambtenaar.