Prentbriefkaart van de week

Naast het nieuws vindt u op De Digitale Stad Nieuwegein ook veel informatie over het heden en het verleden van de dorpen Jutphaas en Vreeswijk. Deze week in de rubriek ‘Prentbriefkaart van de week’ een uitzicht op de molen Oog in ’t Zeil in Vreeswijk. In de volksmond had de korenmolen meerdere namen, maar deze waren niet officieel.

Het belang van de prentbriefkaart voor de historische wetenschap is lange tijd door de archiefbeherende instanties onderschat. Toch zijn het juist de prentbriefkaarten, die ons een aardig beeld geven van de veranderingen in onze samenleving.

De kaart zal gemaakt zijn rond 1906. De uitgever is L. van Dijk en is gedrukt in zwart/wit. Het gaat om de stellingmolen van J.A. van Eck gebouwd in 1666, gekortwiekt en van stoomkracht voorzien in 1908, in 1942 werd de bovenkant gesloopt, in 1970 verdween het restant.

Op de molen was een gevelsteen aangebracht met de volgende tekst:

Van Ravenswaay
heeft deze molen
geleijdt den eersten steen
op den 25 juni 1666.

Geschiedenis van de molen
Op 25 juni 1666 werd voor molenaar Van Ravenswaay een nieuwe stenen stellingmolen gebouwd.

In 1672 veranderden Franse soldaten het dorp Vreeswijk inclusief de molen in een puinhoop. Dirck van Ravenswaay was in 1672 kennelijk al overleden want zijn weduwe had een Memorie van schade laten opstellen. Hierin stond o.a. ‘Een nieuwe coornmoole, ’t rontsel afgebroocken, deuren ende vensters wech genoomen ende daerin schietgaaten gemaeckt ende alles van binnen bedorve ‘ende ondermijnt ende met groote coste is gedigt geworden, dat daer ene schade aen is van ƒ 1000,–.’ ‘Een rosmole met een huysken afgebrocken. Weerdig f 500,–.’ De molen werd na het rampjaar 1672 weer herbouwd. Ook de nabij gelegen Dorpskerk werd door de Fransen in het rampjaar in de as gelegd.

Opregte Haarlemsche Courant, 20 december 1838
Op Woensdag den 2den Januarij 1839, des avonds ten vijf ure, zal ten overstaan van den Notaris W. H. J. CAMBIER van NOOTEN, residerende te Lopik, in het Nieuwe Logement, bij H. van Reenen , te Vreeswijk, publiek worden verkocht:

Een STEENEN WIND KORENMOLEN , met annexe Woning, Tuin en Bakhuis, benevens twee Woningen onder een Dak; alles staande en gelegen op den Dorpe van Vreeswijk, anders genaamd de Vaart, hebbende een gemaal van ruim 1200 Zielen, kunnende de Kooper des verkiezende daarop f 2100 gevestigd houden. Te aanvaarden den 1sten Februarij 1839.

In 1850 was de molen van Aart Koopman, die hem vervolgens aan Jacobus Vink verkocht.
In 1888 verkocht Jacobus Vink de molen voor ƒ 6000 aan Hendrik Brummelkamp. Hendrik Brummelkamp (zwager van Jacobus) was gehuwd met Wilhelmina Vink. Vlak daarna overleed Hendrik, voor zijn dood had hij de molen laten ombouwen naar een stoommolen, zodat windkracht niet meer nodig was.

In 1908 liet molenaar Van Eck de molen onttakelen, de maalderij ging machinaal verder. Anton Goes liet in 1942 de molenromp tot de steenzolder afbreken. Eind jaren 1970 splitste de handel in meststoffen zich af van die van het veevoer. Het veevoederbedrijf/-handel werd voortgezet door Gerben van Eck + Van Eck Veevoeders BV te Harmelen. De Meststoffenhandel groeide uit tot NPK van ECK, leverancier van kunstmeststoffen over heel Noordwest Europa. De romp is rond 1980 verdwenen.

De Voorhaven in Vreeswijk rond 1920. Met R.K. kerk en rechts restant van de molen.

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!Reactie annuleren