Op De Digitale Stad Nieuwegein hebben we wekelijks een portret van een opmerkelijk persoon. Met de camera in de aanslag lopen we door Nieuwegein. Gefascineerd in personen proberen we met de camera, opvallende, opmerkelijke personen vast te leggen. Wie is de man, vrouw of kind die daar zit, loopt, fietst, werkt ligt of speelt? Deze week Jet van Swieten.
Arend Bloemink: ‘Rustig wacht ik op een bankje. Bij de balkenloods in Vreeswijk. Het is schitterend weer: verwarmende zon met een verfrissende wind. En dan de rust van die plek, met het steeds wisselende uitzicht over de rivier. Heerlijk om daar tot jezelf te kunnen komen. Je hoofd te laten schoonwaaien.’
‘Dat is precies de reden dat Jet en ik dáár hebben afgesproken. Dáár komt Jet regelmatig haar rust zoeken. Even loskomen van de dagelijkse beslommeringen, van de dagelijkse zorg om en voor haar man…. We praten. We lachen. We zijn serieus. We fotograferen.’
Maak, middels de uitgebreide antwoorden die Jet van Swieten geeft op de vijf (altijd dezelfde) vragen, nader kennis met haar, met haar zorg en hoe ze vanuit die zorg ánderen, met dezelfde zorg, helpt.
Wie ben je?
Mijn naam is Jet van Swieten, 60 jaar, geboren in Utrecht en via Gorinchem en IJsselstein in Nieuwegein terechtgekomen. Ik ben van origine journalist, schrijver en publicist.
Wat doe je in het dagelijks leven?
Met mijn creatieve inslag, hink ik heen en weer tussen schilderen en schrijven. In het Dorpshuis Vreeswijk geef ik op maandagmorgen een cursus schilderen. En ik ben nog steeds schrijver en publicist. Bij wat ik schrijf maak ik gebruik van mijn ervaring als journalist en boekredacteur. Onlangs heb ik de stoute schoenen aangetrokken en heb ik notities die ik schreef gebundeld en uitgebracht onder de titel: Uit het dagboek van een Onbestorven Weduwe – Notities van een leven naast NAH. Het boek omvat een reeks observaties die ik – op persoonlijke en soms humorvolle wijze – optekende uit het dagelijks leven met mijn door een herseninfarct getroffen partner. Tien jaar geleden maakte mijn man kort na zijn vijftigste verjaardag van het ene moment op het andere een raadselachtige persoonlijkheidsverandering door. Ineens was hij een kwetsbaar mens met meerdere beperkingen die onzichtbaar bleven voor de buitenwereld.
En ik was ineens mantelzorger. Wat wij samen meemaakten, in die periode, was nauwelijks bespreekbaar met de mensen in onze omgeving. We gingen door een moeilijke periode. Een open gesprek over niet-aangeboren hersenletsel [NAH] en de onzichtbare beperkingen als gevolg daarvan, ligt nog altijd in de taboe-sfeer, zo hebben wij gemerkt. Veel partners ervaren dat als een gemis aan steun en troost bij verlies. Mijn notities bewerkte ik tot herkenbare verhalen waarin mensen die leven in een vergelijkbare situatie zichzelf herkennen. De reacties van lotgenoten zijn heel bijzonder. Zij herkennen zich in de situaties en herkennen de emoties die kunnen spelen. De open manier waarmee ik het onderwerp aanpak, maakt de verhalen – die soms lezen als fictie – toegankelijk voor een breed publiek. Met dit boek wil ik duidelijk maken dat een leven waarin NAH speelt, letterlijk op zijn kop staat. Je bent blijvend op zoek bent naar evenwicht. Er met anderen over kunnen spreken, helpt bij het leren omgaan met de nieuwe situatie. Dat is enorm veel waard.
Schrijven over dit onderwerp heeft mij geholpen antwoorden te vinden op veel uiteenlopende vragen. Hoe ga je om met zijn beperkingen, met zijn vermoeidheid en vergeetachtigheid. Hoe los je ontstane problemen op nu de rollen in huis niet meer hetzelfde zijn, hoe kunnen we praktische problemen te lijf, waar kan ik terecht met vragen, in hoeverre kan hij nog verantwoordelijkheid dragen? Bij wie kan ik mijn ei kwijt, wanneer gesprekken hem moeilijk vallen? Maar natuurlijk ook: welke dingen zijn belangrijk voor ons en welke dingen niet meer. Met vallen en opstaan hebben we samen geleerd om te gaan met de nieuwe situatie. Regelmaat en rust zijn belangrijk om balans te vinden; de balans blijft uiterst fragiel. Met de notities die ik schrijf over wat wij samen meemaken, probeer ik de onzichtbare beperkingen bespreekbaar te maken. Er bestaan immers veel misverstanden over, die maken dat de balans ongewild wordt verstoord.
De bundel UIt het dagboek van een Onbestorven Weduwe is te bestellen via https://www.boekenbestellen.nl/boek/uit-het-dagboek-van-een-onbestorven-weduwe, isbn-nummer 978-90-811142-0-2. Leuke bijkomstigheid is, dat een detail van een schilderij van mij op de cover staat. Daarmee geeft het boek uitdrukking aan mijn heen en weer hinken tussen schrijven en schilderen.
Hoe lang woon je al in Nieuwegein?
Sinds voorjaar 1985. Onze tweede dochter werd geboren. In IJsselstein bewoonden wij op de zesde verdieping een driekamerflat. Dat werd te krap. In IJsselstein konden we moeilijk aan woonruimte komen. Omdat het bedrijf waar mijn man destijds werkte juist in diezelfde periode van Utrecht naar Nieuwegein verhuisde, was het mogelijk met voorrang een woning in Nieuwegein te betrekken. Daar hebben we gebruik van gemaakt. De eerste tijd woonden we in Fokkesteeg. Tegenwoordig hebben we een woning in Zandveld. Dat is dicht bij het oude dorp Vreeswijk, op een plek waar oud- en nieuw tegen elkaar aan liggen.
Wat vind je van Nieuwegein?
Nieuwegein is prettig centraal gelegen. Op de fiets ben je vanuit waar ik woon zo in het groen en alle voorzieningen zijn in de buurt te vinden. Als ex-bewoner van Gorinchem en IJsselstein, ben ik heel blij met de ligging aan de rivier. Het is fijn even die richting uit te kunnen wandelen. Dat loopje is goud waard als de mantelzorg even te zwaar wordt.
Wat kan er beter in Nieuwegein?
Nieuwegein is best een groene stad. Er is een mooi stadspark dat uitloopt naar buiten toe. In mijn woonomgeving is echter te veel groen te lang niet goed onderhouden, waardoor er rigoureus gekapt en gesnoeid moest worden. Mijn uitzicht is van groen bos ineens een stadsgezicht geworden. Keek ik voorheen uit op een prachtige groene strook, kijk ik nu op de grote weg en op de trambaan. Trampassagiers kunnen nu bij wijze van spreken zo bij je binnenkijken.
Nieuw groen heeft jaren nodig voor het weer net zo dicht zit als vroeger. Veel vogels zijn daardoor voor langere tijd verdwenen. De groenstrook was ook een mooie buffer tegen het fijnstof van de grote weg die bij ons langs loopt. Die buffer zijn we nu voorlopig kwijt. Omdat mijn man en ik veel thuis zijn, is dat groen van belang. Stress vermindert door groen. Nu het groen zo enorm is afgenomen, is er minder gelegenheid vanuit de woning van het groen te genieten.