Het Joint Investigation Team (JIT), het internationale onderzoeksteam dat het neerhalen van vlucht MH17 onderzoekt, geeft woensdagmorgen 19 juni aanstaande in het Nieuwegeins Business Centrum in Nieuwegein de nieuwste bevindingen uit het strafrechtelijk onderzoek naar het neerhalen van het Maleisische vliegtuig MH17. De aanleiding zijn ontwikkelingen in het strafrechtelijk onderzoek. Voorafgaand aan de persconferentie worden nabestaanden ingelicht. Die bijeenkomst is besloten.
Naar verwachting maakt het JIT bekend wie verantwoordelijk worden gehouden voor het neerhalen van het toestel op 17 juli 2014 boven Oekraïens grondgebied. Daarbij kwamen alle 298 inzittenden om het leven. Onder de omgekomen passagiers van vlucht MH17, dat vanaf Schiphol onderweg was naar Kuala Lumpur, waren 193 Nederlanders. Twee slachtoffers, eveneens Nederlanders, zijn niet teruggevonden.
Eerder achterhaalde het internationale onderzoekscollectief Bellingcat namen van verschillende Russische militairen die betrokken zouden zijn geweest bij het afvuren van de Buk-raket.
Nieuwe informatie
De onderzoekers van Bellingcat komen woensdag ook met nieuwe informatie over MH17. De groep heeft een rapport van honderd pagina’s opgesteld en stelt vrijwel alle namen van direct betrokkenen te hebben achterhaald. Deze informatie is ook gedeeld met het JIT.
Russische brigade
Het JIT is een internationaal justitieel onderzoeksteam van Nederland, Australië, België, Maleisië en Oekraïne. Het werd in 2014 opgericht, ruim een maand nadat het toestel van Malaysia Airlines boven Oekraïne met een Buk-raket was neergehaald. Alle 298 inzittenden kwamen om het leven.
Het JIT concludeerde eerder dat de Buk-raket waarmee het toestel werd neergehaald afkomstig was van een installatie van een brigade van het Russische leger. Nederland stelde Rusland daarom in mei vorig jaar aansprakelijk voor zijn aandeel in het neerhalen van het toestel.