De natuur in Nieuwegein heeft genoeg te bieden. In onze stad vind je namelijk zo’n 39 unieke soorten aan flora en fauna per km². Deze diversiteit aan soorten ligt net boven het landelijke gemiddelde van 38 unieke soorten per km². Dit blijkt uit onderzoek van thuisstudieplatform Laudius op basis van 75 miljoen waarnemingen van de Global Biodiversity Information Facility.
In de afgelopen 75 jaar zijn er in Nieuwegein 177.302 observaties geregistreerd van dieren, planten, bomen en paddenstoelen. Dit komt voor Nieuwegein neer op 39 unieke soorten per vierkante kilometer. Dat ligt iets boven het nationale gemiddelde van 38 soorten per km² en is gelijk aan het gemiddelde van de provincie Utrecht.
Utrechtse gemeenten met de hoogste biodiversiteit
De Utrechtse gemeente met de hoogste biodiversiteit is Utrechtse Heuvelrug. Per km² zijn hier 79 unieke soorten te vinden. De top 5 gemeenten in Utrecht met de meeste verschillende dieren, planten, bomen en paddenstoelen is:
- Utrechtse Heuvelrug: 79 soorten per km²
- Stichtse Vecht: 55 soorten per km²
- Utrecht (gemeente): 54 soorten per km²
- Amersfoort: 47 soorten per km²
- Veenendaal: 47 soorten per km²
Onderzoeksmethode
Vanwege de sterk toegenomen interesse in biodiversiteit, analyseerde Laudius bijna 75 miljoen waarnemingen uit de periode 1946-2022. De data is grotendeels afkomstig van de Global Biodiversity Information Facility (GBIF), een internationaal netwerk en onderzoeksinfrastructuur dat gegevens over de wereldwijde biodiversiteit voor wetenschappelijk onderzoek, beleidsvorming en onderwijs beschikbaar stelt.
De informatie in de GBIF-database is afkomstig van talrijke bronnen over de hele wereld, waaronder musea, onderzoeksinstellingen, overheidsorganisaties en privécollecties. Deze gegevens omvatten bijvoorbeeld informatie over de verspreiding van soorten, biologische eigenschappen, en ecologische relaties.
Voor Nederland gaat het om 328 verschillende datasets. Daarnaast zijn databronnen zoals Waarneming.nl, Nederlandsesoorten.nl en soortenlijsten van de Vlinderstichting en Vogelbescherming gebruikt.
Bij het verbinden van conclusies aan de resultaten is het belangrijk om rekening te houden met de mogelijkheid van waarnemingsbias: de meest gerapporteerde soorten zijn niet per definitie de meest voorkomende soorten.
De zichtbaarheid van soorten, bepaald door factoren zoals kleur en unieke kenmerken, kan invloed hebben op het aantal waarnemingen. Dit zou de indruk kunnen wekken dat bepaalde opvallende soorten veel voorkomen. Dat is hoeft echter niet het geval te zijn. Ook bevat de data niet uitsluitend wetenschappelijke (broedplaats)metingen.