Een goed bamigerecht begint met de juiste bami, en die haalt onze ‘kookgek’ Eric Dekker het graag bij een toko, liefst niet te fijn en met garnalen smaak. Dan de juiste boemboe, die maakt hij zelf! Eric: ‘Dit is gezonder want minder zout en suiker.’ Voor de boemboe heb je nodig :
1 stengel citroengras
2 cm gemberwortel
Sap van 1 limoen
3 teentjes knoflook
1 ui
2 Spaanse pepers of andere naar smaak
Beetje zout
1 theelepel palmsuiker
100 ml kokosmelk
Eigenlijk gewoon alles in de blender of keukenmachine pureren tot smeuïge pasta. Reken op 70 gram bami per persoon.
Deze koken volgens gebruiksaanwijzing. En onder koude kraan afspoelen. Zelf doe ik dat net wat korter ivm verdere bereiding.
Verder nodig : 1 bosui in stukjes, 1 rode paprika in blokjes, beetje olie, 5 eetlepels zoute soja, 3 eetlepels zoete ketjap, 1 eetlepel pindakaas. 300 gram varkensfilet in blokjes.
In wat olie de boemboe zachtjes smoren zodat alle geuren en smaken vrij komen. Daarbij de soja en ketjap en pindakaas en nog een minuut of 8 verder smoren. In een andere pan wat olie verhitten en de paprika, blokjes varkensfilet en bosui met 200 gram gesneden kastanjechampignons bakken, daarbij de bami en goed verwarmen.
Ongeveer 1 eetlepel van de boemboe saus erdoor roeren om ‘familie te maken ‘, zelf serveer ik de bami op de heerlijke saus, en niet onder de saus, zodat de smaak van de bami zelf ook tot zijn recht komt.
Eet smakelijk!