Helpdesk

Vol overgave volg ik de aanwijzingen op de website. Om me aan te melden, lees ik, volstaat het om een formulier te downloaden, dat ik online kan invullen en opsturen. Fluitje van een cent.

De formulieren voorzien in een gedetailleerde weergave van leven en werken. Na dertig minuten zwaar doorstomen zit ik op een kwart van mijn bestaan. Waarna ik vastloop. Ongeacht op welke knop ik druk, er gebeurt niets meer. Gelukkig staat er op de site een telefoonnummer van PUK.

Ik ben hartelijk welkom bij PUK. “Fijn dat u ons belt, hebt u een ogenblikje geduld, al onze medewerkers zijn in gesprek, u wordt zo spoedig mogelijk geholpen.” In mijn rechter oor klinkt het derde couplet van het Wilhelmus.

Na tien minuten ken ik het couplet uit mijn hoofd. Kort daarna spreekt Amanda van der Ploeg. Ze klinkt vermoeid en zonder enige overtuiging vraagt ze waarmee ze mij van dienst kan zijn. Halverwege mijn uitleg over het digitaal vastlopen van mijn levensloop, onderbreekt zij mij bruusk. Ik word doorverbonden met de helpdesk.

Ik word helemaal blij van de opgeschoten jongensstem van Jochem van Laarschoten, die er oprecht zin in lijkt te hebben om mij te helpen. ‘U bent dus vastgelopen bij formulier vier. Hebt u de al ingevulde formulieren tussentijds opgeslagen?’
‘Nee.’
‘Och’, jammert Jochem, ‘dát is vervelend, want nu bent u ze kwijt, u had ze natuurlijk wel moeten opslaan.’
‘Ja, misschien wel, maar ik had er geen rekening mee gehouden dat zo’n overheidsprogramma zomaar vastloopt.’
‘Dat gebeurt eigenlijk ook nooit, hebt u misschien ergens aangezeten?’
‘Nou nee, niet dat ik weet, ik heb alleen aan de formulieren gezeten.’
‘Toch vreemd, ik vraag het omdat ik dit nog nooit eerder heb meegemaakt. Zit u nog in het programma?’
‘Ja’, zeg ik.
‘Goed, dan probeer ik er nu ook in te komen, dan kan ik zo zien, wat er aan de hand is. Wilt u verder nergens aankomen?’

Ik wacht.

‘Oké, ik zit er nu ook in. Eens kijken wat hij doet als ik op deze knop druk…. Nou, ik moet zeggen, dit is wel héél vreemd, dat doet ie anders nooit. Hij zou toch gewoon terug moeten springen in zijn start up. Maar dat doet hij niet. Dat is gek, zeg. Ja, dan zit er niks anders op. Blijft u gewoon overal vanaf, dan ga ik nu even kijken of hij reageert op een harde reset.’

Ik wacht.

‘U zit toch wel gewoon in het programma, hè?’
‘Ja hoor, ik zie de laatste zin, die ik geschreven heb haarscherp in beeld.’
‘Oké, dat is mooi. Dan ga ik nu even een andere route proberen. Hij is kennelijk echt even de weg kwijt en dan wil het nog wel eens helpen, als we hem negeren en een ander programma activeren.’

Ik wacht.

‘Nou, daar is hij dus ook niet van onder de indruk. Meestal werkt het als een lap op een rode stier: negeren, dat pikt hij gewoon niet. Ja, dan wordt het nu echt lastig. En u weet zeker, dat u geen ander compromitterend programma geactiveerd hebt. Nee, dat hebt u vast niet. Dat kan alleen als u er echt verstand van zou hebben, maar dat hebt u niet. Heeft u een momentje?’

Ik wacht.

‘Daar ben ik weer, ik heb even overlegd met een collega. Het lijkt ons het beste, als u gewoon weer opnieuw begint met het invullen van de formulieren. En sla ze vooral meteen op, zodat u onderweg niets kwijtraakt. Verder nergens aankomen en als het weer mis gaat, kunt u ons natuurlijk altijd weer bellen. Wij staan altijd klaar om u te helpen.’

Dit bericht werd geplaatst in Niet gecategoriseerd door . Bookmark de permalink .

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!Reactie annuleren