Geldstromen en woonmobiliteit voor senioren, een Nieuwegeins mo

Of hoe raak je van je doorzonwoning in een wat kleiner  appartement, dat je op de een of andere manier kunt betalen? En veroorzaakt die mobiliteit ook nog het vrijkomen van een starterswoning? Dat waren vragen die via de Cosbo naar de politiek heeft gestuurd. Hieronder wat informatie.

Inleiding
Er wordt in de  Nieuwegeinse politiek  veel aandacht besteed aan starters en hun woningen, al dan niet koop of huur. Zo zijn er fondsen die leningen verstrekken. Er zijn mogelijkheden om de onrendabele top van starterswoningen op te vangen. Het gaat soms om bedragen van 50 tot 70 duizend euro per woning. Deze worden betaald uit overheidsgeld en gemeentelijke middelen en  verhogen soms de prijzen van de luxere woningen in de te bouwen complexen. Het brengt veel rekenen en onderhandelen met zich mee. Naast de vraag van starters is er ook die van senioren, die soms in tenslotte onpraktisch grote (doorzon)woningen wonen. Zij kunnen daar niet weg omdat ze na al die jaren een relatief lage huur betalen en met hun AOW plus klein pensioen niet in staat zijn een paar honderd euro meer te betalen voor bijvoorbeeld een niet te groot driekamerappartement. Graag blijven ze ook in hun eigen buurt wonen. Daar is vaak niet veel geschikt aanbod, los nog van de prijzen. Daarom verhuist men niet en wordt de doorstroming verhinderd. Met als gevolg dat onder in de keten alles stil ligt, omdat er geen redelijk geprijsde woningen vrijkomen. Het vrijkomen van die (doorzon)woning geeft immers iemand in een kleinere woning de kans om door te schuiven, daarbij vaak plaats vrij makend voor iemand in een starterswoning. Die  daarna vrij komt voor andere starters. Naar verluidt zou dat in de helft van de gevallen gebeuren.

Geldstromen
Er zijn geldstromen die bij dit gebrek aan mobiliteit voor ouderen een rol kunnen spelen, zoals:
Bedragen die besteed worden aan starterswoningen. Dat gaat van voordelige leningen bij koop tot het berekenen van vriendelijke grondprijzen en andere vormen van subsidie voor huur en koop;
Bedragen die de woningbouwcorporaties missen vanwege de lage huur of het niet kunnen verkopen van de woning van de betreffende senioren;
Kosten voor de WMO/AWBZ betreffende aanpassingen van badkamers, keukens, drempels, en of het bouwen van trapliften in doorzonwoningen die eigenlijk voor die bewoners niet meer geschikt zijn;
En misschien nog wel meer!?

Actie
Wanneer we die bedragen – of delen daarvan – in een fonds storten, van waaruit de rente wordt gebruikt om een aantal senioren, die daarvoor  hulp nodig hebben,  te helpen om een wat duurder appartement te betrekken. Wanneer zij om wat voor redenen hun nieuwe  woning weer verlaten, houdt de bijdrage op en staan de oorspronkelijke bedragen nog op de rekening van het fonds. Er is immers alleen gebruik gemaakt van de rente. Die bedragen kunnen teruggegeven of hergebruikt worden. We slaan in dit model dus drie vliegen in één klap: senioren geholpen, starterswoningen beschikbaar en het geld tenslotte ook weer.

Problemen om op te lossen
Ja, we bouwen misschien dus minder starterswoningen wanneer dit systeem werkt, althans een aantal! Misschien worden andere woningen die we gaan bouwen door dit systeem indirect wel iets goedkoper. En er komen wel starterswoningen vrij!
Alle partners moeten meedoen. Iedereen heeft hier een belang. Dat zou een goede aanleiding moeten zijn om met dit idee (of andere) aan de slag te gaan. Gezamenlijk.

Het systeem moet heel praktisch  uitgevoerd  worden. Hoeveel senioren hebben dat steuntje in de rug nodig? Hoe stellen we vast dat zij in aanmerking komen en welk bedrag er van toepassing is?  Hoe regelen we het omgaan met de woningtoewijzingsregels die immers roet in het eten kunnen gooien? Op welke basis laten we welke partner bijdragen aan dat mobiliteitsfonds en hoe zien de tegenprestaties er uit? Hoe vermijden we allerlei fiscale consequenties? Hoe zorgen we dat die organisaties die mee doen ook  hun deel van het “batig saldo” kunnen ontvangen? Kan het niet veel eenvoudiger?

U begrijpt het al. Een eenvoudig  idee  veroorzaakt  meteen  een pakket vragen. Enerzijds om dat het “not invented here syndroom” altijd in enigerlei maten meespeelt. Ten tweede inderdaad omdat we barsten van de regels  en voorschriften die zo’n  eenvoudig idee natuurlijk in de weg moeten staan en dat ook gaan doen. Al was het maar dat achter die regels en voorschriften brood verdiend wordt.

Toch vind ik het de moeite waard om hierover met politiek en andere betrokkenen eens stevig over te discussiëren.
Dat is wat we gaan doen. Het gaat een tijd duren. Maar we houden u op de hoogte.

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!

Onze adverteerders maken pen.nl mogelijk