Tijdens zijn omzwervingen door en om Nieuwegein heeft de Nieuwegeiner Arend Bloemink (1946) vrijwel altijd zijn camera bij zich. Zijn camera is als het ware een verlengstuk van zijn ogen.
Een veelgebruikt verlengstuk. Hij fotografeert dat wat hem opvalt. Soms is dat iets bijzonders. Soms is dat iets alledaags. Soms fotografeert hij een evenement in Nieuwegein (wielerrondes, openingen, activiteiten van B&W, jeugdvoetbal, een trouwpartij, …). Soms valt zijn (camera)oog op een heel gewoon, maar prachtig stukje natuur. Soms ook fotografeert hij al wandelend in de wilde weg en ziet hij thuis wel wát er op zijn geheugenkaartje is vastgelegd.
Arend Bloemink: ‘Vrijdag 30 mei. Voor velen een Vrije Vrijdag, de dag na Hemelvaart. Op het Kerkveld is een gratis festival gaande. Het Zinnenprikkels festival. Nou ben ik wel een beetje van de zinnenprikkels, zoals elke fotograaf dat waarschijnlijk is. Bovendien doe ik aan yoga, mediteer ik nu en dan, heb ik me verdiept in zingeving en mindfulness, dús wie weet…’
‘Gele en groene ballonnen (mijn zinnen worden direct geprikkeld door de rubbergeur!) verwelkomen subtiel de al dan niet toevallige bezoeker. Dan valt me een oranje VW-busje op. Zo’n oude, zo’n hippy-busje. Geinig. Er staan wat kraampjes van waaruit al dan niet zinnenprikkelende artikelen te koop worden aangeboden. Er lopen, hangen of kleermakerszitten wat mensen uit de alternatieve scene. Een drietal muzikanten (de organisatie schrijft op een gebaksdoos met belegde broodjes het woord muziekanten…) is aan het soundchecken. Een zangeres draait nog maar eens een sjekkie. Kinderen spelen met stokken waaraan koorden zijn bevestigd. Ze hangen de koorden in een bak met zeepsop en slingeren het geheel dan hoog door de lucht, waardoor het Kerkveld gevuld wordt met bizarre zeepbellen. Totdat de geluidsman verstrikt raakt in de koorden en hij zich met een met zeepsop bedekt hoofd en t-shirt naar het buurthuis haast om zich af te drogen.’
‘De toetsenist zet in. Rustige, exotische relax-klanken vullen het plein. De beide andere muzikanten vallen in. Slepende muziek, tokkelende ritmes.
Dan valt ook de zangeres in. Diepe, enigszins monotone klanken. Gaandeweg raakt zij in vervoering, nu en dan haar longen vullend met nicotine na weer een trek aan haar sjekkie.’
‘En ik, ik luister, ik kijk, ik fotografeer. Ik laat me mijn zinnen prikkelen.
‘ (Klik op het fotocameraatje voor de foto van de week)