ik wandel nogal eens langs de groene steeg, doorgaans een laantje met water en lommer.
nu het blad verdwenen is, wordt goed zichtbaar hoe de binnenstad zich ontwikkelt.
bliksems! allemaal hoogtepunten.
nieuwe jaren, nieuwe buren
het was verscholen achter blad,
maar nu toont ons de binnenstad
hoe hoog zij groeien wil
de nieuwe torens lijken haast
door de kranen, die er naast
heen en weer bewegen,
uit de grond te zijn getrokken
en onverschrokken roept de stad
‘er is nog ruimte in de lucht’
en zij, die nu verlangen
naar hun deur die straks wordt afgehangen
naast het bordje waar hun naam op staat
kennen nu nog niet de naam, hun straat
wordt later ingetekend op de kaart
en al die hoogte, waar de stad naar toe verhuist
maakt dat het geins stadshuis, ooit verguisd
omdat het veel te groot was voor de stad,
een gebouwtje wordt, beneden, daar,
waar het plein zo’n windlast had
© ton de gruijter
vanzelfsprekend hoop ik dat het nieuwe jaar u brengt wat voor u belangrijk is.
Over Ton de Gruijter
Met zijn poëzie werpt Ton de Gruijter (1953) een nieuw licht op actualiteiten. Hij legt wat er gebeurt in de stad vast in mooie beelden en rake bewoordingen.
Hij schreef jarenlang stadsgedichten op De Digitale Stad Nieuwegein en publiceerde de bundel Groeten uit Nieuwegein. In 2017 ontving Ton de Nieuwegein Award voor Kunst en Cultuur. Van 1 januari tot en met 31 december 2021 mocht Ton de Gruijter zich Stadsdichter noemen op initiatief van bibliotheek De tweede verdieping. Toenmalig burgemeester Frans Backhuijs benadrukte dat de dichter absoluut geen blad voor de mond moest nemen. En dat deed hij dan ook niet. Sinds enige tijd bericht Ton weer op De Digitale Stad Nieuwegein.
Naast Groeten uit Nieuwegein publiceerde Ton vijf andere bundels. Over zijn manier van schrijven: ‘Ik denk graag over verlangen, het verglijden van de tijd, veroudering, en de vragen rond conflicten en hoe het met de mens en de religie gaat. Ik probeer het zodanig uit te werken dat in de kortheid van een gedicht toch een beeld of een verhaal herkenbaar is. Ik vind het belangrijk iets te maken wat geen halffabricaat is, en het moet, voor zover mij dat lukt, taalkundig kloppen.’
‘Ik hou van rijm en ritme. Ik gebruik dus ook een schema, zoals een notenbalk bij muziek kan helpen. Taal is voor mij een gebied vol verborgen schatten. Schrijven helpt dit te ontginnen.’