Het is het CDA gelukt om de desastreuze gevolgen van de Wet Markt en Overheid die per 1 juli 2014 definitief van kracht is te voorkomen. Deze wet legt gemeenten nieuwe gedragsregels op en daardoor mag een gemeente geen gebruik meer maken van oneigenlijke concurrentievoordelen.
Dat biedt een gelijkwaardiger speelveld tussen ondernemers en gemeenten. Onvoorzien was echter dat sportaccomodaties in deze wet óók gezien worden als een ‘economsiche activiteit’ omdat er ook commerciele aanbieders van sport zijn. “Dat zou betekenen dat als sportverenigingen dan het volle pond zelf moeten betalen de huur fors toeneemt en de contributie voor de leden ook. Dat kan de bedoeling niet zijn’, aldus CDA-fractievoorzitter Roelof de Wild.
Dit nadeel is er niet alleen voor sportverenigingen maar ook voor vrijwilligersorganisaties die gebruik maken van gebouwen van de gemeente. Wanneer de activiteiten ook door een andere commerciële partij wordt aangeboden kan dat een reden zijn om de kosten één op één door te berekenen aan de vrijwilligersorganisatie.
Een mogelijkheid om consternatie te voorkomen was volgens het CDA om nog voor 1 juli a.s. een uitzonderingsbesluit vast te stellen in de gemeenteraad. Het CDA heeft het college verzocht snel met dit besluit te komen zodat de gemeenteraad nog op 26 juni daarover kan besluiten. Die was daarin unaniem. De Wild: “Waarom het college daar zelf niet mee is gekomen, is ons nog niet duidelijk. Hiermee hebben wij voor dit moment forse contributiestijgingen vast voorkomen”.