Het college heeft op 5 januari 2005 vergunning verleend voor het kappen van vier elzen aan de Martinusgaarde, ter hoogte van de nummers 19 tot en met 23. De kapvergunning is aangevraagd omdat de bomen de bestrating omhoog drukken en omdat de bomen veel licht wegnemen. De bomen staan vlak voor de woningen en vormen een ononderbroken haag. Door de families T. de Laat, T. Benschop, H. Schumacher en J. James is bezwaar gemaakt tegen de beslissing om geen herbeplanting in de verleende vergunning op te nemen.In het Bomenbeleidsplan 2001-2011 Nieuwegein zijn deze bomen opgenomen als’ wijker’. Dit betekent dat het gaat om bomen met zeer geringe waarde, waarvan op termijn onveilige situaties of hoge onderhoudskosten verwacht worden. Voor deze categorie bomen vindt geen herplant plaats. Na afweging van alle belangen prevaleert het belang van overlast en onveiligheid boven het belang van behoud van deze bomen.Op basis van het voorgaande is besloten het bezwaar, conform het advies van de Commissie bezwaarschriften, ongegrond te verklaren en het besluit van 5 januari 2005 tot het verlenen van de kapvergunning, in stand te houden.