Rijkswaterstaat bestrijdt eikenprocessierups met aaltjes langs paden Amsterdam-Rijnkanaal

De eikenprocessierups is niet meer weg te denken uit Nederland. De laatste jaren zorgt het beestje, ook langs het Amsterdam-Rijnkanaal, voor veel overlast. Vooral voor fietsers. Rijkswaterstaat gaat de eikenprocessierups dit jaar op een aantal plekken preventief bestrijden. Waaronder in Nieuwegein langs het fietspad Papendorpsepad + Groenewoudseweg (tussen Jutphase brug en Meernbrug) en alle afmeer plekken met eiken.

Bij het preventief bestrijden van de eikenprocessierups heeft de biologische aanpak de voorkeur van Rijkswaterstaat. En wel door het inzetten van aaltjes (Nematoden). Monique Bouwman legt uit: ‘Deze kleine beestjes parasiteren op de rupsen totdat de rupsen sterven; een biologische manier van bestrijden dus.’ Voordeel van deze aanpak is  de onschadelijkheid voor mens en huisdier en de toepasbaarheid langs het Amsterdam-Rijnkanaal.

Preventief
Eikenprocessierupsen vervellen vijf keer voordat ze verpoppen tot een grote mot. Bij de derde vervelling krijgen zij hun beruchte jeukhaartjes. Die derde vervelling begint meestal in de eerste weken van mei. Vóór die tijd moeten de aaltjes dus aan het werk. Bouwman: ‘We hebben de afgelopen weken dagelijks gecheckt of de rupsen er al zijn. De eerste rupsen kwamen vorige week uit hun eitjes en we zijn nu gestart met het spuiten van de aaltjes (opgelost in water)  met een machine op de boom. Zo gaan we preventief te werk.  Dat doen we in de nacht, omdat de aaltjes niet goed tegen zonlicht kunnen. Op deze manier kunnen we 200 bomen per nacht behandelen, en dus zo’n 1.400 per week.’

Bewust selectief bestrijden
Op basis van klachten in 2019 zijn er zeven  trajecten gekozen waar Rijkswaterstaat de eikenprocessierups gaat bestrijden. Bouwman: ‘We bestrijden alleen op de locaties met de grootste overlast. Dat betekent dat er plaatsen zijn waar de rups wel voorkomt, maar die Rijkswaterstaat niet behandelt.’

De belangrijkste reden waarom Rijkswaterstaat selectief is in de bestrijding is omdat de aaltjes niet alleen eikenprocessierupsen kunnen doden, maar ook onschadelijke rupsen van mooie dagvlinders. En dat is niet de bedoeling. ‘Bomen waarvan we weten dat daar ook rupsen van beschermde vlinders inzitten slaan we over en daar zuigen we later de nesten van de eikenprocessierups af, ook bomen met nesten van vogels slaan we over. Als na controles blijkt dat er op de gekozen plaatsen nog steeds eikenprocessierupsen zijn, zetten we een extra bestrijdingsmiddel in. Dat middel is biologisch afbreekbaar en goedgekeurd door de Vlindervereniging’, legt Bouwman uit.

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!Reactie annuleren