om fraaie plekken te ontdekken in een stad als nieuwegein, hoef je echt niet tot het uiterste te gaan. en soms juist wel. één van de uiterste randen van de stad vindt men aan het einde van de reinesteijnseweg. fout! de reinesteijnseweg heeft geen einde, de weg draait doodleuk terug, alsof er gezegd moet worden ‘tot hier en niet verder’. van de weeromstuit ben ik daar even van de fiets afgestapt en heb ik een foto gemaakt van een hek. zo’n beeld waar je op vakantie van zou zeggen ‘mooi’. nou, dat hebben we dus gewoon hier. maar goed, een weg die je terugvoert, het einde van een gebied door een hek begrensd (waarachter de wijde wereld lijkt te lonken), het aanbrengen van een spatie tussen ‘reinesteijnse’ en ‘weg’, en er komt een fantasietje binnen van een buurtschap zoals die vroeger bestaan zou kunnen hebben. bewoners, ik bedoel u niet, het is een bedenksel.
reinesteijnse
en ’s avonds -bij het hek- verschijnt ze
en in haar fantasie verdwijnt ze
ze wil hier eigenlijk niet zijn, ze
voelt zich niet echt een reinesteijnse
dat zij gelukkig is, dat veinst ze
“ ‘k zou graag de wereld in”, zo peinst ze
maar ze blijft, het moet van hek en heg
anders was de reinesteijnse weg
© ton de gruijter